Schaduwkabinet

• Bestuurlijke ongehoorzaamheid

De column van Mildred Hofkes op de Telegraaf.nl

De week van de bestuurlijke ongehoorzaamheid

Het was me het weekje wel wat betreft bestuurlijke knulligheid in Nederland.

Afgelopen dinsdag mocht heel Nederland ‘live’ zien hoe de Rabobank, in casu de bestuursvoorzitter Piet Moerland, de vertrouwensbreuk tussen de samenleving en de bank trachtte op te lossen. U kent de achtergrond: de reputatie van de Rabobank heeft ernstige schade opgelopen door de Libor-affaire. Een aantal bankiers, waaronder van de Rabobank, hebben jarenlang de rentestanden kunstmatig beïnvloed, waardoor u en ik de verkeerde rentes hebben betaald.

Reputatie = vertrouwen
De reputatie van een bank staat gelijk aan ‘vertrouwen’. Die van de Rabobank is door de Libor-affaire ernstig aangetast. Tijd voor bestuurlijke verantwoordelijkheid. De heer Piet Moerland, CEO van de Rabobank doet dat als volgt: in een filmpje geeft hij aan dat ‘het bestuur het niet heeft geweten’ en vervolgens kondigt hij aan per direct af te treden gezien de ernst van de situatie. Met de ‘dom’toren symbolisch op de achtergrond. Als u het gemist hebt, er zijn op YouTube interessante variaties terug te vinden op dit legendarische stukje bestuurlijk falen.

Het niet-weten
Bestuurlijk falen staat in Nederland tegenwoordig gelijk aan ‘het bestuur heeft van niets geweten’. Hoe vaak we dat wel niet te horen hebben gekregen de afgelopen tijd, steeds draait het om ‘het niet weten’ van het bestuur. Het vermijden van het moeilijke, maar onvermijdelijke dossier lijkt de belangrijkste bestuurlijke vaardigheid van deze tijd te zijn. Door elkaar vooral niet te moeilijke vragen te stellen in de boardroom komen de bestuurders vanzelf op het punt dat ze oprecht kunnen zeggen ‘ik heb het niet geweten’.

Terugkerend patroon
Het patroon is steeds hetzelfde, ergens ontstaat reputatieschade doordat meestal een klokkenluider een onverkwikkelijke zaak naar buiten brengt (we kennen recente voorbeelden uit de bouwsector, bij woningcorporaties, binnen de zorg, het onderwijs, de financiële sector, de goededoelensector en ga zo maar door). De verantwoordelijke bestuurder komt in beeld en betuigt spijt, en benadrukt vooral ‘dat het bestuur het niet heeft geweten’. Vervolgens worden er meer regels en controles aangekondigd en wordt de afdeling ‘compliance’ (interne controle) uitgebreid zodat dit nooit, ik herhaal nooit meer kan gebeuren. Maar leiden meer regels daadwerkelijk tot meer vertrouwen? Geloven de bestuurders dat zelf? Ik heb altijd het tegenovergestelde geleerd.

Helder water stroomt van boven
De enige oplossing voor het herstel van vertrouwen ligt bij de bestuurders zelf. Door zelf bestuurlijke integriteit uit te dragen. Bestuurlijke integriteit betekent dat je als bestuurder openstaat voor signalen binnen en buiten je organisatie, dat je transparant handelt en verbinding kunt maken met de mensen om je heen. En bovenal dat je als bestuurder het vermogen hebben tot zelfreflectie (en daarmee jezelf ondergeschikt kan maken aan het belang van de organisatie). Zodat mensen je feedback durven te geven en je vertellen wat er daadwerkelijk speelt. Helder water stroomt van boven. Ik noem dit de Nieuwe Bestuurder.

De Nieuwe Bestuurder
We hebben in Nederland ongeveer 150 duizend bestuurders die er toe doen. Met elkaar beïnvloeden zij de levens van 16,7 miljoen Nederlands. Laten we zeggen dat van die 150 duizend er ruim 99 procent ‘het ik heb het niet geweten’-syndroom hebben. Te druk, te moeilijk, te veel commissariaten, te weinig tijd, te weinig interesse. Kortom: niet zichtbaar en/of bereikbaar. We zullen het in ons land dus moeten hebben van die 1 procent bestuurders die het wél weten. Hoe? Door nieuwsgierig te zijn, open vragen te stellen en interesse te tonen in hun organisatie net zo lang tot ze begrijpen wat er aan de andere kant van de tafel speelt. Nieuwe Bestuurders sturen op vertrouwen in plaats van op wantrouwen, zorgen voor een open en transparante cultuur en maken zo het verschil binnen en buiten hun organisatie. Dat zijn wat mij betreft de voorlopers van bestuurlijke vernieuwing binnen Nederland.
Bestuurlijke ongehoorzaamheid
Deze Nieuwe Bestuurders moeten we koesteren, want het zijn helden die Nederland de crisis uit gaan helpen. Zij geven zelf het goede voorbeeld in houding en gedrag. Niet door hun functie neer te leggen, maar door ‘bestuurlijk ongehoorzaam’ te zijn. Onder ‘bestuurlijke ongehoorzaamheid’ versta ik dat bestuurders het verschil laten zien tussen ‘het goed doen’ en ‘het goede doen’.

De Week van de Bestuurlijke Ongehoorzaamheid
Op 28 november tijdens het 4e Nationale Reputatie Congres komen de Nieuwe Bestuurders van Nederland bij elkaar. Aansluitend roepen we van 1 t/m 5 december de Week van de Bestuurlijke Ongehoorzaamheid uit. Deze week is de uitgelezen kans om alles wat op dit moment niet lukt vanwege het woud aan regels en afvinklijsten, toch uit te voeren. Doe mee en laat zien wat u binnen uw organisatie écht belangrijk vindt om als bestuurder voor elkaar te krijgen. Agendeer juist die thema’s die binnen uw organisatie het verschil maken. Doe mee met de week van de Bestuurlijke Ongehoorzaamheid en laat ons weten wat u in de week van 1 t/m 5 december voor elkaar wilt krijgen.
Hopelijk weet die 1 procent Nieuwe Bestuurders binnen Nederland die andere 99 procent in beweging te krijgen. Wordt Nederland toch nog een sprankelend, optimistisch en bestuurlijk initiatiefrijk land. Ik kijk er naar uit.