Tijdelijke Noodmaatregel Overbrugging voor Werkbehoud (NOW)

Door: Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en UWV
Voor: Werkgevers

Voor informatie over de definitieve berekening van de eerste NOW aanvraagperiode (maart-april-mei) staat de benodigde  informatie onderaan de pagina. De rest van deze pagina gaat in op NOW3 (vanaf oktober 2020).

Wat is de looptijd?

1 oktober 2020 tot en met 30 juni 2021

Voor wie is de regeling?

  • Alle werkgevers met een (verwacht) inkomensverlies van ten minste 20%.
  • Let op: vanaf 1 januari 2021 (2een 3e tijdvak): alle werkgevers met een (verwacht) inkomensverlies van ten minste 30%.
  • DGA’s vallen alleen onder de NOW als ze verplicht verzekerd zijn voor de werknemersverzekeringen (WW/ZW/WIA). Een DGA is verzekerd voor de werknemersverzekeringen als hij, kort gezegd, niet voldoende aandelen bezit om zijn ontslag tegen te houden. Kijk hiervoor wat daarover in de statuten is vastgelegd. DGA’s die op een andere manier verzekerd zijn, bijvoorbeeld via een private arbeidsongeschiktheidsverzekering of een vrijwillige verzekering bij UWV, vallen niet onder de NOW. Je bent ook vrijwillig verzekert bij het UWV wanneer je uit loondienst treedt om een eigen bedrijf te beginnen en ervoor hebt gekozen om je oude werknemersverzekeringen door te laten lopen.

Wat houdt de regeling in?

  • De NOW is bedoeld om werkgevers die door de coronacrisis te maken hebben met omzetverlies tegemoet te komen in de loonkosten
  • Werkgevers die te maken hebben met tenminste 20% verwacht omzetverlies, kunnen bij UWV een tegemoetkoming voor deze periode aanvragen ter hoogte van maximaal 90% van de loonsom, gerelateerd aan het omzetverlies. Bij een omzetverlies van 100% wordt 80% van de loonkosten vergoed. Is de omzetdaling lager, dan zal de subsidie dus evenredig lager worden vastgesteld

Voorwaarde derde aanvraagperiode NOW

De voorwaarde voor de tegemoetkoming NOW in de derde aanvraagperiode is dat je 3 aaneengesloten maanden een omzetverlies van minimaal 20% hebt Als je een tegemoetkoming NOW voor de tweede aanvraagperiode hebt gekregen, dan moeten de 3 maanden van de derde aanvraagperiode aansluiten op de 4 maanden van de tweede aanvraagperiode. Bijvoorbeeld: De tweede aanvraagperiode NOW heb je omzetverlies doorgeven over juli, augustus, september en oktober. Voor de derde aanvraagperiode NOW geef je daarom jouw omzetverlies door over november en december 2020 en januari 2021.

Als je voor het eerst NOW aanvraagt of als je geen tegemoetkoming NOW voor de tweede aanvraagperiode toegekend hebt gekregen, dan kan je kiezen uit omzetverlies vanaf:

  1. 1 oktober: je geeft dan jouw percentage omzetverlies door over oktober, november en december 2020
  2. 1 november: je geeft dan jouw percentage omzetverlies door over november en december 2020 en januari 2021
  3. 1 december: je geeft dan jouw percentage omzetverlies door over december 2020 en januari en februari 2021

Let op: De gekozen 3 maanden waarin je omzetverlies verwacht, kan je niet meer aanpassen.

Extra voorwaarden voor grote bedrijven

In de NOW is de algemene voorwaarde opgenomen dat grote bedrijven (lees: niet mkb) die gebruikmaken van de NOW dit en komend jaar geen dividend of bonussen mogen uitkeren en geen eigen aandelen mogen inkopen. Dit moet bij aanvang verklaard worden.

Berekening omzetverlies

De berekening van het omzetverlies gaat op deze manier:

  • Neem de totale omzet van 2019
  • Deel dit bedrag door 4. Dit is de gemiddelde omzet over 3 maanden
  • Vergelijk jouw verwachte omzet voor een van de periodes hierboven met dit bedrag

Ben je onderdeel van een concern? Dan moeten de periode en het percentage omzetverlies overeenkomen met die van andere onderdelen van het concern. Voor concerns met Nederlandse en buitenlandse dochters geldt: omzetverlies van rechtspersonen die geen Nederlands loon hebben, tel je niet mee.

Ben je tussen 1 januari 2019 en 2 februari 2020 gestart met een bedrijf of je hebt een (onderdeel van een) bedrijf afgestoten? Dan ga je uit van de omzet in de periode vanaf de datum van de start of wijziging tot en met 29 februari 2020. De uitkomst reken je om naar 3 maanden. Het gaat hierbij om de omzet over de volledige kalendermaanden, gerekend vanaf de eerste volledige kalendermaand.

Wat zijn de belangrijkste wijzigingen t.o.v. NOW 2.0?

  • Verlenging NOW tot 1 juli 2021 (3 tijdvakken van 3 maanden)
  • NOW 3.0 is opgedeeld in drie tijdsvakken. Tijdvak 1: okt-nov-dec 2020. Tijdvak 2: jan-feb-ma 2021. Tijdvak 3: apr-mei-jun 2021
  • Het minimale omzetverlies om aanspraak te kunnen maken op de NOW gaat in het 2e tijdvak omhoog van 20% naar 30%
  • De steun over 9 maanden kent een geleidelijke afbouw van vergoedingspercentages: van 80%, naar 70% naar 60%
  • Tegenover de afbouw van vergoeding, bestaat de mogelijkheid om de loonsom geleidelijk te laten dalen met 10%, 15% en 20% zonder dat dit koste gaat van de subsidie
  • De korting voor het aanvragen van bedrijfseconomisch ontslag vervalt, de reguliere ontslagbescherming blijft in stand
  • Het maximaal te vergoeden loon per werknemer zal in het derde tijdvak (april, mei, juni 2021) worden verlaagd naar maximaal 1x het dagloon
  • Als een werkgever een NOW3 subsidie aanvraagt, is hij verplicht om zich in te spannen om met ontslag bedreigde werknemers van werk naar werk te begeleiden.

Waar en wanneer kun je de regeling aanvragen?

  • NOW3 loopt vanaf 1 oktober 2020 in 3 tijdvakken van 3 maanden tot 1 juli 2021
  • NOW3 1e tijdvak (okt-nov-dec) is aan te vragen vanaf 16 november tot 13 december (streefdata), met terugwerkende kracht tot 1 oktober
  • De NOW is hier aan te vragen via het UWV

NOW in combinatie met andere subsidieregeling(en)

Voor de NOW geldt dat subsidies die ondernemers in het kader van de coronacrisis ontvangen als omzet meetellen. Dit geldt ook voor de Tegemoetkoming Vaste Lasten.

Vaststelling NOW 1.0 en accountantsverklaring/verklaring derde

Let op: deze informatie is alleen relevent als je een tegemoetkoming NOW hebt ontvangen voor de eerste aanvraagperiode (maart, april en mei 2020).

Het bedrag dat je heeft ontvangen was een voorschot. Dit voorschot heeft het UWV berekend met jouw geschatte omzetverlies. Het werkelijke percentage omzetverlies is nu bekend. Daarmee kan het UWV het definitieve bedrag berekenen waar je recht op heeft. Op 7 oktober heeft UWV het digitale loket geopend waar werkgevers hun aanvraag voor de definitieve berekening van hun tegemoetkoming voor de eerste aanvraagperiode (NOW1.0) kunnen indienen. Het gaat hier om het tijdvak maart, april en mei 2020.

Hoelang je de tijd hebt om een aanvraag te doen, hangt af van of je een verklaring met de aanvraag moet meesturen:

  • Als je geen verklaring hoeft mee te sturen, heb je tot en met 23 maart 2021 de tijd om een aanvraag doen.
  • Als je een derden verklaring moet meesturen, heb tot en met 23 maart 2021 de tijd om een aanvraag doen.
  • Als je een accountantsverklaring moet meesturen, heb je tot en met 29 juni 2021 de tijd om een aanvraag doen.

Je moet voor je aanvraag aangifte loonheffing hebben gedaan. Heb je je aangifte loonheffing nog niet verstuurd naar de Belastingdienst? Doe dit dan voor je NOW 3 aanvraagt, want het UWV heeft deze gegevens nodig bij de beoordeling.

Let op: of je een accountantsverklaring of derden verklaring mee moet sturen met jouw aanvraag definitieve berekening NOW, hangt af van de hoogte van uw voorschot en definitieve tegemoetkoming. Ook is het van belang of je een aanvraag als onderdeel van een groep of concern heeft gedaan.

Een accountantsverklaring is verplicht:

  • Bij een voorschot van € 100.000 of meer;
  • Bij een definitieve tegemoetkoming van € 125.000 of meer (ongeacht de hoogte van het betaalde voorschot);
  • Voor de werkgever die onderdeel is van een groep of concern geldt: tel de bedragen van alle aanvragen (van de loonheffingennummers) binnen de groep of het concern bij elkaar op. Het totaalbedrag bepaalt of een accountants- of derden verklaring nodig is;
  • Bij een aanvraag NOW op werkmaatschappijniveau (omdat het concern of de groep onder de 20% omzetverlies komt). In deze situatie maakt het niet uit hoe hoog de tegemoetkoming of het voorschot is, er is altijd een accountantsverklaring nodig.

Een derden verklaring is verplicht:

  • Bij een voorschot tussen € 20.000 en € 100.000;
  • Bij een definitieve tegemoetkoming tussen € 25.000 en € 125.000 (ongeacht de hoogte van het voorschot).

Tip: Gebruik de rekenhulp Simulatie NOW

Met de rekenhulp Simulatie NOW kun je uitrekenen hoe hoog jouw definitieve tegemoetkoming ongeveer wordt. Zo kun je zien of je een accountantsverklaring of derden verklaring nodig hebt voor jouw aanvraag definitieve berekening NOW. Als je al een accountantsverklaring hebt, is een derden verklaring niet nodig.

Voor vragen en opmerkingen

Lees hier informatie over deze regeling t/m 31 mei 2020

Informatie over de NOW-regeling t/m 31 mei 2020

Tijdelijke Noodmaatregel Overbrugging voor Werkbehoud (NOW)

Door: Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, uitvoering: UWV
Voor: Werkgevers

De NOW ondersteunt werkgevers die geconfronteerd worden met een omzetdaling van ten minste 20% over een aangesloten periode van 3 maanden. Werkgevers kunnen een tegemoetkoming ontvangen voor hun werknemers zodat zij hun personeel kunnen doorbetalen en niet hoeven te ontslaan.

De tegemoetkoming bedraagt maximaal 90%  van de loonsom, naar rato van de omzetdaling. Is de omzetdaling lager, dan zal de subsidie evenredig lager worden vastgesteld. Bij een omzetverlies van 100% worden dus 90% van de loonkosten vergoed, bij bijvoorbeeld 50% omzetverlies wordt dat dan 45% van de totale loonsom vergoed. De rest moet door de werkgever worden betaald. Aanvullende lasten en kosten zoals werkgeverspremies en werknemersbijdragen aan pensioen en de opbouw van vakantiebijslag worden gecompenseerd.

Voorwaarde is dat bedrijven hun medewerkers hun reguliere salaris blijven doorbetalen en dat bedrijven tijdens de periode dat er subsidie wordt ontvangen geen aanvraag doen voor ontslag om bedrijfseconomische redenen. Loon boven € 9.538 per maand komt niet voor de subsidie in aanmerking.

Aanvragen vanaf 6 april
Naar verwachting gaat het NOW-loket bij UWV op maandag 6 april open, laat de Rijksoverheid weten. De aanvraagperiode loopt tot en met 31 mei 2020. Werkgevers geven bij de aanvraag de verwachte omzetdaling op. De omzetverlies wordt bepaald door de omzet in de gekozen driemaandsperiode startent op 1 maart, 1 april of 1 mei te vergelijken met de totale omzet over heel 2019 gedeeld door vier.

Werkgevers dienen, naast het opgeven van gegevens als bedrijfsnaam en loonheffingennummer, de volgende stappen te doorlopen:

  • De werkgever vraagt subsidie aan voor de loonsom in maart, april en mei in verband met een terugval in omzet van meer dan 20%.
  • Als de werkgever verwacht dat het effect van de huidige situatie pas met vertraging in de omzetcijfers zichtbaar wordt, kan de werkgever aangeven dat hij de meetperiode voor de omzetvergelijking één of twee maanden later wil laten aanvangen. De loonsom blijft ook in deze gevallen de loonsom van maart, april, mei 2020.
  • De werkgever noteert de verwachte omzet in de drie maanden van de door gekozen meetperiode en vergelijkt deze met de totale omzet in 2019, gedeeld door vier, zodat beide cijfers zien op een omzet over drie maanden.
  • Op basis daarvan berekent de werkgever het omzetverlies in procenten. Dat percentage wordt op het aanvraagformulier ingevuld.
  • Voor bijzondere situaties (het bedrijf bestond niet gedurende geheel 2019; het bedrijf maakt onderdeel uit van een groter geheel), bevat de nadere toelichting op het formulier aanwijzingen voor de juiste berekening van het omzetverlies.

Sommige werkgevers hebben meerdere loonheffingsnummers. Als deze werkgever voor zijn gehele loonsom in aanmerking wil komen voor subsidie, zal de werkgever meerdere aanvragen moeten indienen, namelijk per loonheffingennummer. De werkgever dient wel de omzetdaling op te geven die hij voor de gehele onderneming verwacht; hij vult dus bij elke aanvraag dezelfde omzetdaling en dezelfde meetperiode in.

Als UWV positief oordeelt, keert UWV een voorschot van 80% uit. Dat gebeurt in drie termijnen. Het eerste deel van het voorschot wordt uitgekeerd binnen twee tot vier weken na de indiening van de aanvraag, al verwacht UWV dat dit voor de meeste bedrijven sneller kan.

Proces
Binnen 24 weken na afloop van de periode waarover de NOW is toegekend, dient de werkgever vaststelling van de subsidie aan te vragen. In beginsel is hiervoor een accountantsverklaring vereist. Vervolgens zal UWV binnen 22 weken een eindafrekening doen. Die kan hoger of lager uitvallen dan bij de eerste opgave werd verwacht. Bedrijven met acute liquiditeitsproblemen kunnen worden geholpen met de andere maatregelen uit het noodpakket.

Flexwerkers
Iedereen voor wie loonaangifte wordt gedaan en verzekerd is voor de WW, ZW of WIA, valt onder de loonsom waarvoor subsidie ontvangen kan worden. De NOW is daarmee uitdrukkelijk ook van toepassing op de loonkosten voor werknemers waarvoor de werkgever geen loondoorbetalingsplicht heeft, zoals werknemers met een 0-urencontract. Dus ook het salaris van flexwerkers wordt gecompenseerd, er is geen onderscheid naar contractvorm. Het kabinet roept werkgevers samen met de werkgevers- en werknemersorganisaties op om, indien mogelijk, flexwerkers door te betalen. Als de loonsom krimpt omdat er minder mensen doorbetaald worden, daalt de tegemoetkoming mee.

Let op: de NOW-regeling wordt de tijdelijke vervanger van de reguliere regeling werktijdverkorting (wtv-regeling). Het is op dit moment niet meer mogelijk om bij het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid een aanvraag voor werktijdverkorting in te dienen.

Aanvragen die al zijn gedaan voor de werktijdverkorting, maar nog niet afgehandeld, zullen worden afgehandeld in de NOW-regeling. Jouw aanvraag voor de ingetrokken werktijdverkorting wordt beschouwd als een aanvraag voor de nieuwe tegemoetkomingsregeling. Je krijgt hierover bericht van het ministerie van Sociale Zaken.

Kijk voor meer informatie op de website van de Rijksoverheid.

Directeur Groot Aandeelhouder (DGA)
DGA’s vallen alleen onder de NOW als ze verplicht verzekerd zijn voor de werknemersverzekeringen (WW/ZW/WIA). Een DGA is verzekerd voor de werknemersverzekeringen als hij, kort gezegd, niet voldoende aandelen bezit om zijn ontslag tegen te houden. Kijk hiervoor wat daarover in de statuten is vastgelegd.

Voorbeeld: Meestal staat daar dat een bestuurder met een versterkte meerderheid – dat wil zeggen minimaal 66% van de stemmen in de AVA – wordt benoemd of ontslagen. Houd je als aandeelhouder meer dan 50% van de aandelen, dan ben je – ongeacht of de statuten een versterkte of gewone meerderheid voorschrijven – veilig. In dat geval kun je nooit worden ontslagen door de overige bestuurder(s).

Bezit je wel voldoende aandelen om ontslag tegen te houden, dan ben je niet verplicht verzekerd voor werknemersverzekeringen. DGA’s zijn in de meeste gevallen niet verplicht verzekerd voor de werknemersverzekeringen en vallen dan ook niet onder de NOW-regeling.

Dus: alleen als je als DGA in de loonaangifte bij de Belastingdienst hebt aangegeven dat je wel verplicht verzekerd bent, en er dus premies werknemersverzekeringen worden afgedragen, kan je als DGA in aanmerking komen voor de NOW.

DGA’s die op een andere manier verzekerd zijn, bijvoorbeeld via een private arbeidsongeschiktheidsverzekering of een vrijwillige verzekering bij UWV, vallen ook niet onder de NOW. Je bent vrijwillig verzekert bij het UWV wanneer je uit loondienst treedt om een eigen bedrijf te beginnen en ervoor hebt gekozen om je oude werknemersverzekeringen door te laten lopen.